Zwarte Zee kust trip - Reisverslag uit Istanbul, Turkije van Pieter Konings - WaarBenJij.nu Zwarte Zee kust trip - Reisverslag uit Istanbul, Turkije van Pieter Konings - WaarBenJij.nu

Zwarte Zee kust trip

Door: Pieter

Blijf op de hoogte en volg Pieter

16 Oktober 2007 | Turkije, Istanbul

Laat ik maar beginnen met te waarschuwen dat dit een lang verhaal gaat worden. Het gaat over de trip die ik met 3 vrienden heb gemaakt de afgelopen dagen, er is een boel gebeurd…
Mijn 3 reisgenoten waren Gabe (Gabriel), een Amerikaanse student uit North Carolina die in Berkely studeert, Martine, een Nederlands meisje die op de Middelburgse UCU studeert (Roosevelt Academy) en Nils, een Noorweegse jongen die net als ik in Utrecht aan het UCU studeert. Eigenlijk had er nog een Amerikaans meisje, Andrea, mee moeten gaan, maar die moest op het laatste moment afhaken wegens ziekte. Gabe was dus nog onze enige rijbewijs houder en met hem ging ik woensdagmiddag na onze lessen onze auto ophalen. We kregen een mooie zilvere Renault Mégane uit 2007. Het duurde een uur voordat we door het verkeer van Istanbul weer terug waren bij de campus om de andere twee op te halen en het was kwart over 5 toen we echt op weg konden richting Safranbolu, ons doel voor die dag waar we ook een pension gereserveerd hadden. Rond kwart voor 10 reden we Safranbolu binnen, het was nogal donker maar het leek een vriendelijk en mooi dorpje. Het enige probleem was dat we niet wisten waar het pension was en de mensen in het dorp leken het ook niet te weten. Martine en ik gingen bij een pastane (soort Turkse banketbakkerij met baklava e.d.) vragen of zij het misschien wisten, maar dat was helaas niet het geval, maar we hadden wel het telefoonnummer van het pension en we hebben de mensen van de pastane met de mensen van het pension laten praten en laten vragen of we opgehaald konden worden. Terwijl we wachtten kregen we wat thee aangeboden en hebben we een beetje proberen te praten (hoewel ons Turks niet heel erg onderdeed voor hun Engels), onder andere over Pierre van Hooijdonk, die iedere Turk kent van zijn tijd bij Fenerbahçe. Na een kwartier werden we opgehaald door onze gastheer van het pension en reden achter hem aan naar het pension, Çamlca Kona geheten. Dat bleek een oud, mooi huis te zijn en we werden ontvangen door onze gastvrouw. Ze vroeg of we honger hadden en bracht ons later wat eten. Het was geen volledig diner, maar het was meer dan genoeg en erg lekker. Na nog wat op het overdekte dakterras gezeten te hebben (geen idee hebbende van wat we van het uitzicht misten door de nacht), gingen we slapen. Het was mijn eerste nacht sinds 4 weken in een bed (thuis heb ik een bedbank), extreem lekker geslapen dus.

Donderdag in Safranbolu, Amasra en Cide
De volgende ochtend (donderdag) kwamen we erachter wat een geweldig uitzicht we de vorige avond gemist hadden, vanaf het terras keken we uit over een hele groene valei met hoge bergen en niks te zien dan bomen en rotsen. We kregen een prima ontbijt, daarna hebben we nog een beetje proberen te communiceren met onze gastvrouw en uiteindelijk reden we om 11 uur richting het dorp (maar een kleine 15 euro per persoon betaald, zeer aan te raden voor wie ooit op zoek is naar een goed pension in de buurt). Uiteraard werden we weer gebracht, volgens mij door de vader van de gastvrouw. Het dorpje bleek ook erg mooi te zijn. Het staat bekend om de Ottomaanse huizen en is daarom ook erkend als UNESCO World Heritage, maar het was eigenlijk meer het geheel en de kleine straatjes met winkeltjes die ik het leukste vond. We zijn omhoog gelopen naar het “kasteel” van Safranbolu, dat stelde niet zo veel voor maar het uitzicht over het dorp en de vallei was erg mooi. Daarna liepen we naar beneden en hebben we wat winkeltjes en stalletjes bekeken. We hadden thee in een karavanserai, een plek waar reizigers vroegen overnachtten en we gingen ook naar een Ottomaans huis. De toegang was 2 lira (iets meer dan een euro), maar het was wel interessant hoe de families vroeger leefden, maar eerlijk gezegd niet al te indrukwekkend na alle mooie uitzichten.
Rond 3 uur besloten we dat het genoeg was geweest en we verder moesten zodat we op tijd in Cide konden zijn om daar nog een slaapplek te vinden. Maar daar gingen we natuurlijk niet direct naartoe, we hadden begrepen dat de weg langs de kust erg mooi is en we gingen dus direct naar de kust, naar het vissersdorpje Amasra. De weg er naartoe was ook mooi, genoeg uitzicht om van te genieten. Amasra zelf vond ik niet echt speciaal, een typisch vissersdorpje zoals je dat ook in Frankrijk ook kan vinden. De prijzen waren wel wat anders dan in Frankrijk, dus het was shoptijd, we hebben allemaal wat gekocht. We zijn nog even langs de kade van de Zwarte Zee gelopen, die was lekker wild. Vervolgens (18:30) reden we naar Cide, waar we rond 20:00 aankwamen na een erg kronkelige route door onverlichte weggetjes door de bergen. Het hotel daar was erg simpel en we wisten niet zeker of we er wel wilden blijven, we wilden er in ieder geval wel eten, daar was het wel tijd voor. Na ons avondeten (niet al te luxe, maar wel degelijk) zijn we nog even langs de kust gaan rijden om bij wat pensions te kijken of er nog plaats voor ons zou zijn. Maar ze bleken allemaal dicht of volgeboekt te zijn, dus we zijn weer terug naar het hotel gereden waar onze kamers gelukkig nog vrij waren. Nadat we de bagage in onze kamers hadden gezet, ben ik nog met de andere jongens even naar het strand gelopen en wat echte Turkse rak (sterk drankje, 45%) gekocht.

Vrijdag in Sinop, Doanyurt en Sinop
Na de volgende nacht begon de eerste echte dag van het suikerfeest. Er zat een hele familie in ons hotel om het suikerfeest te vieren, toen we aan het ontbijt zaten kregen we allemaal een chocolaatje van hen, blijkbaar een traditie. Rond half 11 was het tijd om de weg naar Sinop te nemen. Door de hotel houdster en het hoofd van de familie was het een erg gevaarlijke weg (vanwege aardverschuivingen), maar volgens de Lonely Planet was het een erg mooie weg, dus we hebben toch maar besloten om hem te nemen, de vorige dag was het ook goed gegaan. Onderweg stopten we vaak om van het uitzicht te genieten, het is erg speciaal om zo door de bergen te rijden en de hele de zee en het strand te zien. Op een van de stranden waar we stopten konden Nils en Gabe zich niet bedwingen om een duik te nemen, maar het was ijskoud, dus echt gezwommen hebben ze niet. Onderweg deelden we de weg met onder andere koeien, paarden, ezels en honden, weer eens wat anders. Halverwege zijn we gestopt in Doanyurt, een klein vissersdorpje, niet verpest door allerlei moderne winkels (niet eens internet) en andere westerse invloeden. Het leuke was dat de mensen daar wel echt de straat op gingen om het suikerfeest te vieren, een groot verschil met Istanbul bijvoorbeeld. Er waren vooral heel veel kinderen op straat, allemaal aan het schieten met hun klapperpistooltjes. Voor de rest zaten de meeste mannen in de theehuizen en de vrouwen waren waarschijnlijk aan het koken. Al gauw werden we aangesproken door een jongen die in Istanbul op een middelbare school voor toerisme studeert. Hij was waarschijnlijk de enige in het hele dorp die een beetje Engels sprak, dus daar hadden we wel geluk mee. Hij leidde ons naar een restaurantje dat volgens hem wel goed was. Daar werden we natuurlijk aangestaard door iedereen daar, dat was trouwens wel het geval gedurende de hele trip, we zien er blijkbaar nog steeds niet uit als echte Turken, en vooral een lange blonde jongen als Nils ziet er niet heel erg Turks uit. Maar in het restaurantje was er maar 1 gerecht: köfte (soort vleesballen) met tomaat. Nils en Martine namen dus de köfte en Gabe en ik gingen voor de tomaat (hij is ook vegetarisch). Ondertussen zat onze gids de hele tijd bij ons en we probeerden een beetje een gesprek met ‘m te onderhouden, maar dat was toch best moeilijk, hoewel zijn niveau Engels relatief goed was voor een middelbare scholier voor zover ik dat kan inschatten. Na onze lunch nam hij ons mee naar het haventje waar zijn familie de vissersboten heeft liggen, maar voor de rest was er eigenlijk niks aan. Daarna liepen we weer naar het dorpje, namen we afscheid en vertrokken we naar Sinop. De weg naar Sinop verliep weer hetzelfde, mooie uitzichten, allerlei beesten op de weg en een boel haarspeldbochten. Dit alles ging prima tot we bijna in Sinop waren en we het nummer “All good things come to an end” op zetten, vlak daarna stegen we op met de auto en kwamen we met een flinke klap terug op de weg. Het leek ons toch een goed idee om even te checken of de landing soepel genoeg was geweest om de auto werkende te houden, dus even uitgestapt en gekeken of er niks aan het lekken was of zo, dat bleek helaas het geval. Er leek een flink olielek te zijn, dus konden we niet verder. Gelukkig was het een paar honderd meter voor de stad en een paar honderd meter van de Renault garage. Maar we moesten toch de politie bellen voor een rapport voor de verzekering, terwijl we daarop wachtten, gingen Martine en ik even checken of er iemand bij de Renault garage was en dat was helaas niet zo. We liepen ook nog even terug om te kijken wat onze plotselinge vlucht had veroorzaakt, we konden niet echt de enorme hobbel vinden die we leken geraakt te hebben en al helemaal geen verkeersbord dat er voor waarschuwde. We concludeerden dat het toch het wat kleinere hobbeltje was en dat we er net te hard overheen waren gereden. Te hard rijden was waarschijnlijk geen goed idee, maar de kwaliteit van de wegen en de tekens lieten toch ook wel wat te wensen over. Toen we weer terug bij de auto kwamen, kwam er net politie aan. Die keken even wat er gebeurd was en zeiden dat ze moe waren en gingen slapen. Ze belden de jandarma (de marechaussee) en zeiden dat we maar in de auto moesten gaan zitten om op ze te wachten. Na enige tijd kwamen ze inderdaad aanrijden, het was een busje met 4 echte soldaten (bewapend met mitrailleur en al). Zij keken even naar de auto, maar konden er zelf ook niet veel mee. Dus namen ze ons mee naar de Renault garage, Martine, Nils en ik zaten achterin, terwijl Gabe met een van de soldaten bleef wachten. Bij de Renault garage concludeerden we opnieuw dat ie dicht was en we reden door naar de volgende garage. Daarboven was een huis, dus we namen aan dat er de garagehouder daar was, maar na toeteren en roepen werd er nog steeds niet open gedaan (misschien waren ze bang). Dus reden we naar het dichtbij zijnde industrieterrein waar net de automonteur wegreed. Hij kwam er gezellig bij zitten in het busje en we gingen met z’n allen de auto ophalen om hem naar de garage daar te brengen. Toen we daar waren en de monteur de auto van onderen bekeek, werd ons verteld dat het vrij slecht gesteld was met de auto en dat het wel even zou duren. Ondertussen werden wat telefoontjes gepleegd en werd besloten om naar het huis van de eigenaar van de Renault garage te rijden. Daar was ook een Turkse man die lang in Amerika had gewoond en ons dus even kon uitleggen wat ze allemaal precies met ons en onze auto van plan waren (ik was tot woordvoerder van ons reis gezelschap gebombardeerd door de leider van de soldaten aangezien ik nog het minst slecht Turks van ons allemaal sprak). Vervolgens gingen we weer met z’n allen de auto bij de eerste garage halen en hem naar de Renault garage brengen. Toen hadden we dus in ieder geval al de auto veilig achtergelaten, we moesten alleen nog zorgen dat we een rapport van de politie zouden krijgen, die hadden we nodig voor de verzekering (gelukkig hadden we de meest uitgebreide verzekering genomen). We parkeerden voor het politiebureau en de leider ging naar binnen, daar hebben ze volgens mij gebeld met de politiemannen die ons als eerste aantroffen, het duurde nogal lang, na 20 minuten of zo moesten wij ook naar binnenkomen. Gabe moest een alcoholtest afleggen (meer dan 2 uur na het ongeluk) en we moesten allemaal een verklaring ondertekenen. Toen hadden we voorlopig alles geregeld voor de auto, verzekering e.d. en konden we dus op weg naar de stad. De Turkse gastvrijheid kent geen grenzen en dus reden we gezellig met de soldaten mee naar het centrum, zij brachten ons naar het pension waar we eerder op de dag gereserveerd hadden en kwamen zelfs mee naar onze kamer om zich ervan te verzekeren dat we goed terecht zouden komen. Alsof dat nog niet genoeg was, liepen ze ook nog mee naar een restaurant dat volgens hen wel goed was. De leider stelde ons voor aan de restauranthouder als zijn vrienden en zei dat we wilden eten. Toen was het toch echt tijd om afscheid te nemen en hebben we ze zoveel mogelijk proberen te danken, hoewel we daarvoor toch echt niet zo veel Turks kenden. In het restaurant aten we lekker, we hadden al heel lang niet gegeten en gedronken, dus we hadden het ook wel nodig. Na het eten gingen we terug naar ons pension met kleine kamertjes en niet heel erg hygiënische badkamers. Maar er was een fatsoenlijk bed en we waren moe, dus we hebben toch een goede nacht gehad.

Zaterdag in Sinop en Kastamonu
Zaterdagochtend moesten we contact leggen met de garagehouder om te kijken wanneer we onze auto terug konden krijgen. Aangezien hij geen Engels kon, hebben we Tanju laten bellen, hij vertelde ons dat het 966 lira (±€600) zou gaan kosten en de auto pas klaar zou zijn op woensdag. Dat was te laat en moesten we dus met Europcar (waar we de auto hadden gehuurd) een vervangingsauto regelen. Dat was geen probleem, de nieuwe auto moest alleen uit Ankara komen dus het zou 4 tot 5 uur duren (tussen 15:00 en 16:00 uur). Dat betekende dus dat we de rest van de dag in Sinop konden doorbrengen. Als eerste hebben we ’t stadje een beetje verkend, maar het bleek nogal saai te zijn, het is een vissersstadje dat vooral bekend staat om de modelschip winkels. Na wat rond gewandeld te hebben, besloten we om naar het archeologiemuseum te gaan. Dat bleek niet heel veel meer dan 2 gangen en een zaaltje met allemaal vazen, iconen e.d. met Turkse uitleg te zijn, maar we hadden in ieder geval iets te doen. Daarna liepen we door naar de zee, de kust daar bestaat vooral uit een soort fjorden afgezien van de haventjes. Toen we op het strand stonden, kwam er een jongeman aanlopen en vroeg ons waar we vandaan kwamen en vertelde over twee vriendinnen van hem die ook uit Noorwegen kwamen en die vorig jaar in Sinop waren om Engelse les te geven. Hij had blijkbaar ook wat met ze geoefend, want hij sprak redelijk Engels. Hij nodigde ons uit om met hem mee naar binnen te komen en wat watermeloen te eten. Dat aanbod namen we aan en liepen met hem een grote houten schuur binnen wat een kistjes fabriek bleek te zien. In de grote ruimte waren honderden zo niet duizenden kistjes opgestapeld en in de ruimte ernaast was de werkplaats waar hij en twee jongetje de kistjes in elkaar timmeren. Hij gaf ons watermeloen en legde uit hoe het proces in elkaar zat en liet ons ook eens proberen. Hij vertelde ook dat hij de Turkse kickbox kampioen was geweest in 1997 en ook wat anekdotes over Barbara en Marit, zijn Noorse vriendinnen (het was ons niet helemaal duidelijk hoe die relatie nou zat). Na een tijdje lieten we hem weer aan het werk en gingen we wat eten. Na het eten (verder niks noemenswaardigs) gingen we op weg naar ons pension, waar de nieuwe auto naartoe gebracht zou worden. Daar hebben we een tijdje op een terras van een pastane in de dezelfde straat gezeten en vervolgens een hele tijd bij de twee oude mannetjes die het hotel runden. Uiteindelijk was het pas 7 uur toen onze nieuwe auto er was. Hij sprak geen Engels, dus hebben we met hem gecommuniceerd via het kantoor in Istanbul. Hij wilde blijkbaar afgezet worden op het busstation, dus dat hebben we maar gedaan, ook al hadden we niet het idee dat er die dag nog een bus naar Ankara zou gaan. Daarna gingen we op weg naar Kastamonu, door een flinke onweersbui (daarom hadden de oude mannetjes ons ook afgeraden om alsnog te gaan rijden). Om 22:45 kwamen we aan in Kastamonu bij het hotel en werden we weer ontvangen door een oud mannetje en een wat jongere man die Engels had gestudeerd in Ankara. We kregen de sleutels van de tot dan toe meest luxueuze kamers die we hadden gehad. Het was een redelijk groot en erg net hotel. Na even uitgerust te hebben in onze kamers, gingen we op weg om nog wat eten te vinden. We liepen door de donkere stad en zagen een aantal mooi verlichte plekken, de fontein op het plein en een toren en een kasteel in de bergen. Er was niet echt veel meer open die tijd, maar uiteindelijk vonden we nog een pastane waar we wat börek (soort van bladerdeeg met kaas, helaas ook met vlees deze keer) en pide (soort van pizza) konden eten. De rekening werd met 1/3 naar beneden afgerond, misschien omdat het eten er al de hele dag had gelegen.

Zondag, de terugweg
Zondagochtend gingen we naar ontbijt en toen naar het kasteel van Kastamonu. Dat was niet veel meer dan een ruïne, maar bood een erg mooi uitzicht over de vallei en de stad. Vanuit daar liepen we naar beneden door de arme straatjes van de stad naar een goed gerestaureerde moskee, daar een beetje rondgekeken en weer terug naar de auto gelopen om de stad te verlaten en weer wat meer richting Istanbul te gaan. Na een half uurtje stopten we in Kasaba, waar schijnbaar een mooie oude moskee was met een houten interieur. Het was het meest troosteloze en arme dorpje dat we tot dan toe hadden gezien (maar het weer droeg daar ook wel aan bij, dat was voor de eerste dag niet zonnig en de temperatuur was ook voor het eerst onder de 20 graden) en de moskee zag er van buiten ook niet al te geweldig uit. Maar in de Lonely Planet stond inderdaad dat het van buiten lang niet zo mooi was als van binnen en dat we rond moesten vragen naar de imam om hem te vragen of ie de moskee wilde openen. Maar toen we bij de ingang stonden en Gabe de deur even een duwtje gaf, bleek dat die zo maar open kon. Het was niet helemaal duidelijk of het een slecht slot was of dat ze ‘m vergeten waren dicht te doen, maar we konden in ieder geval naar binnen. Het was nogal vies en stoffig binnen, maar we hebben voor de zekerheid toch maar onze schoenen uitgedaan voor het geval we betrapt zouden worden. De moskee bleek van binnen inderdaad erg mooi te zijn, alles was van hout en overal waren versieringen en houtsnijselen aangebracht. Veel meer valt er niet te zeggen, kijk maar naar de foto’s... Na het korte bezoekje aan de moskee gingen we weer op weg, de weg was een stuk beter dan de wegen van de voorgaande dagen. Onderweg stopten we in Araç om wat te eten, we wilden eigenlijk alleen wat eten, maar andere gasten stonden erop dat we ook wat thee zouden drinken, op hun rekening uiteraard. Dat hebben we dus maar gedaan alvorens we verder naar Istanbul reden. Na een paar uur rijden besloten we om bij Abant de snelweg af te gaan en daar naar het meer te gaan, het is een van de mooiste stukjes natuur in het noordoosten van Turkije en we moesten zelfs entree betalen om het gebied te mogen betreden. We zijn daar rond het meer gereden, dat was erg mooi, door het weer (de temperatuur was daar ineens maar 2 graden) stegen er wolken op uit het meer en de herfstkleuren van de bomen eromheen waren erg mooi. Het leek ons een goed idee om hier ook alvast te rijden zodat we in een keer naar Istanbul door zouden kunnen rijden, we aten in een restaurant met uitzicht op het meer. Het eten was niet geweldig, maar het uitzicht maakte een hoop goed. Rond 7 uur vertrokken we weer en we hoopten rond 11 uur wel weer thuis te zijn. Zo’n 150 kilometer voor Istanbul kwamen in de file terecht, we grapten dat het misschien wel tot Istanbul zou doorgaan, er vanuit gaande dat het gewoon plaatselijk was om wegwerkzaamheden. Helaas leek het er op dat het inderdaad helemaal tot in Istanbul zo door zou gaan. Rond 11 uur werd het toch weer tijd om wat te eten, dat werd McDonald’s, waar ze helaas bijna niks meer hadden. Daarna zijn we weer lekker de file in gereden tot we op een gegeven moment besloten maar de parallelle weg te proberen. Dat bleek een goed idee te zijn, tot we ook daar in de file verzeilden... Gezien de tijd had Gabe wat koffie nodig, maar in plaats daarvan werden we op de thee uitgenodigd bij een tankstation. Dat was ook goed, Gabe had weer wat energie om het tot Istanbul uit te houden. Gelukkig werd het verkeer al gauw stukken beter en konden we lekker doorrijden. Om 3 uur waren we eindelijk bij het Europcar kantoor op Atatürk Airport, we hebben de auto en alle papieren m.b.t. het ongeluk afgegeven en gauw een taxi gezocht om naar huis te gaan. Om kwart voor 4 waren we allemaal thuis om van onze verdiende rust te genieten, ik heb ook lekker tot 1 uur geslapen. Nu is het studentenleven weer begonnen en zitten we weer allemaal in de les. In de komende dagen moeten we wel nog even gaan checken hoe de rekeningen afgehandeld gaan worden...

Dat was voorlopig mijn langste verhaal, de komende 2 weken zullen een beetje saai worden (volgende week mijn eerste midterm exam), maar het weekend van 27 oktober gaan we met een groep exchange studenten naar Kapadokië, dus dan heb ik ook vast weer een boel te vertellen, of misschien vooral veel foto’s te laten zien. Tegen die tijd weer meer!

PS: op verzoek het adres van mijn foto’s op Picasa: http://picasaweb.google.com/pieterkonings/UitwisselingTurkijeHerfst2007

  • 16 Oktober 2007 - 12:41

    Krista:

    Ik heb het gelezen hoor ;) Spannend verhaal, ik zou echt bang zijn om al die mensen zomaar te vertrouwen maar gelukkig waren ze allemaal heel aardig! Nu ga ik de foto's kijken :p

  • 16 Oktober 2007 - 20:43

    Paul:

    Mooi verhaal, jullie hebben wel lekker veel gezien. Ik heb ook de foto's bekeken. Een paar dingen vallen me op:
    het is ook op afstand van de grote steden best welvarend, dat had ik niet verwacht. Ook het weer valt op; het kan daar dus toch wel nattig zijn. Ik zag zelfs water op de weg (en olie).
    P.S. als je een keer tijd hebt zou ik best graag een kaartje zien; kan dat op picasa?

  • 17 Oktober 2007 - 21:25

    Mustafa:

    English please -P

  • 19 Oktober 2007 - 12:52

    Geert:

    He Pieter,

    Wat een avontuur! Wel vervelend zeg, die autopech, maar gelukkig heb je de reis dus nog wel kunnen voortzetten :-)

    Succes met je midterms, dan ga ik ook weer verder met leren...

  • 20 Oktober 2007 - 11:06

    Jonne:

    eeej pieter!

    en doet je telefoontje het al? wat een boel gezien zeg, ik ben niet jaloers;) dat lijkt maar zo! veel plezier daar nog!

    groetjes

  • 27 Oktober 2007 - 11:22

    Vera:

    Hoi Pieter,
    wat fantastisch om te lezen wat je allemaal meemaakt en ziet van zo'n groot land. Heb je nooit last van angst of wantrouwen voor onbekenden? Succes met studeren!
    liefs, Vera

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Turkije, Istanbul

Uitwisseling naar Istanbul

Recente Reisverslagen:

28 December 2007

Izmir, Efes, Pamukkale en Kerst

14 December 2007

Sinterklaas & Bursa

12 December 2007

Ankara en zo

14 November 2007

Kapadokya, Edirne en bezoek uit Nederland

16 Oktober 2007

Zwarte Zee kust trip
Pieter

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 387
Totaal aantal bezoekers 19916

Voorgaande reizen:

10 Juni 2009 - 14 Augustus 2010

Stage in Guatemala

16 September 2007 - 16 Januari 2008

Uitwisseling naar Istanbul

Landen bezocht: